Reistips voor honden die op vakantie gaan

Op vakantie is je hond niet in zijn eigen omgeving. En dan kan hij zich ook anders gedragen. Laten we daar vooral eerst begrip voor hebben. Je hond doet niet expres iets wat je liever niet wilt. Maar er kan altijd iets gebeuren waardoor je hond schade veroorzaakt. Krabben aan een deur, knagen aan een stoelpoot, nagelkrassen op een bank. Het komt allemaal voor en in een vakantiewoning moet je daar wel voor betalen. Dat is geen probleem als je er voor verzekerd bent. Dan betaal je het niet uit eigen zak.

Zorg er dus in ieder geval voor dat je verzekerd bent tegen schade aan accommodaties of bezittingen van anderen. Ga er niet vanuit dat dat onder je WA verzekering valt. Want dat is vaak niet zo. Kijk het in ieder geval voor vertrek goed na.

• Maak modderpoten schoon voordat je het hotel betreedt. Meld bij aankomst bij de receptie even dat je met een hond komt. Kennis maken met je hond doet altijd veel goed bij het personeel.
   
• Vraag even na waar je wel en niet met je hond mag komen. Soms mag het restaurant wel en soms niet. Zij kunnen je ook zeggen waar je je hond uit kunt laten zodat je geen hele stadswandeling hoeft te maken om te speuren naar een park of grasveld in de buurt.
   
• Laat je hond nooit op het bed of meubilair. Is je hond het thuis wel gewend en krijg je het er bij hem niet in dat het in een hotel niet mag? Neem dan een dekbedovertrek mee om het hotelbeddengoed in doen. Heb je daar ook geen gezeur over.
   
• Zet de voer- en waterbak in de badkamer met een krant of oude handdoek eronder. Dat ruimt lekker snel op en voorkomt vlekken op het tapijt.
   
• Laat je hond bij voorkeur niet alleen op de kamer. Ook al kun je je hond thuis rustig alleen laten hou er rekening mee dat je hond op vreemd terrein is. Dat is altijd spannend en vreemde geluiden moeten weggeblaft worden. Begrijpelijk maar vervelend voor de andere gasten.
   
• Als je je hond toch even alleen moet laten doe dan de radio of televisie aan zodat hij zich niet zo alleen voelt en hang een ′niet storen′ bordje op je deur.
   
• Als je het hotel verlaat meld dat dan even bij een van de kamermeisjes en de receptie en laat even weten hoe lang je denkt weg te zijn. Als je zelf attent bent kun je ook op meer begrip en medewerking van het hotelpersoneel rekenen.
   
• Houdt je hond weg bij andere gasten. Natuurlijk weet jij dat je hond iemand alleen maar vrolijk wil begroeten en hij het lief bedoelt. Voor anderen is dat niet altijd even duidelijk en kan het op weerstand stuiten.
   
• Hou je hond in het hotel altijd aan de riem. Laat hem niet uit op de hotelgazons en ruim alles op wat je hond achterlaat.
   

• Veeg modderpoten af voordat je binnenkomt. Vegen en dweilen is niet leuk, zeker niet als je op vakantie bent. Bedek meubilair en beddengoed.
   
• Als je hond gewend is dat hij thuis op de bank mag zal het lastig zijn om dit ineens te verbieden. Probeer dit wel zoveel mogelijk maar neem in ieder geval een laken mee zodat je hond niets beschadigd of bekleding vies maakt. Neem ook je eigen dekbedovertrek mee zodat je daar eventueel de dekens die in het huis zijn in kunt doen. Haren, modderpoten en nagelkrassen zijn erg vervelend voor de huiseigenaren. Hou er rekening mee dat als honden te veel last of beschadigingen veroorzaken een huiseigenaar onze honden in de toekomst zal gaan weren.
   
• Check of er in of rond het huis gestrooid is tegen ongedierte. Kijk of er schoonmaakmiddelen staan op ′onhandige′ plaatsen (ook belangrijk als je kinderen bij je hebt).
   
• Vraag aan de huiseigenaar of de plaatselijke VVV of er kennels met dagopvang in de buurt zijn. Wij hebben ook vaak meegemaakt dat er iemand uit de buurt best wel een paar uurtjes op wilde passen. Kan heel handig zijn als je eens een middagje wilt winkelen, een museum wil bezoeken of met de kinderen naar een pretpark gaat.
   
• Moet je je hond toch een tijdje alleen laten, zet dan de radio of tv aan en geef hem een speeltje of een kauwstokje. Kan hij zich in ieder geval zelf even vermaken. Sluit hem niet op in een aparte kamer maar laat hem liever zijn eigen plekje vinden en geef hem de mogelijkheid eventueel op onderzoek uit laten gaan als hij een vreemd geluid hoort. Dan is hij minder geneigd om bij het minste of geringste onrustig te worden, te blaffen en de verf van de deuren te krabben.
   
• Plaatselijke VVV′s kunnen je ook handige informatie bieden over wandelroutes en zwemgelegenheden (en de kwaliteit van het water) voor je hond. Ook kunnen ze je vertellen of je in een bepaald gebied rekening moet houden met jachtactiviteiten of dat er recent maatregelen zijn genomen tegen vossen of ongedierte (vlees met entstoffen of gif). Prettig om vooraf rekening mee te kunnen houden en je wandelt een heel stuk rustiger als je weet dat je in een veilig gebied loopt. En, als je er toch bent, vraag even waar de dichtstbijzijnde dierenarts is. In negen van de tien gevallen is dit pure tijdsverspilling maar het is wel erg fijn als je weet waar je moet zijn als je hem wel nodig hebt.
   
• Als je twijfelt over vlooien overleg dan met de huiseigenaar even over het sprayen tegen ongedierte. Sommige huiseigenaren vinden dit prettig anderen lossen het liever zelf op. Als je niet kunt overleggen en je bent bang dat de vlooien achterlaat kun je het beter wel doen dan dat je achteraf hoort dat je een deel van je borg niet terugkrijgt omdat ze het huis moesten ontsmetten.

• Doe jezelf een plezier en voorkom gênante situaties door vooraf te vragen of je met je hond naar binnen mag. Natte honden en modderpoten leveren meestal een weigering op. Dus leg een handdoek in je auto.
   
• Ook als je telefonisch een tafeltje reserveert moet je wel even aangeven dat je een hond meeneemt. Zo kan het personeel vooraf al bekijken waar jullie het meest comfortabel kunnen zitten.
   
• Laat je hond niet in een gangpad liggen maar zoveel mogelijk uit de weg van het personeel en andere gasten. Het liefst onder de tafel. Maak je hond altijd vast. Niet aan een tafelpoot maar aan je stoel. Als hij schrikt en de benen wil nemen, vliegen er tenminste geen volle borden en glazen door de lucht.
   
• Als je hond niet gewend is rustig te blijven liggen (en je hebt dat thuis niet geoefend) kun je ′em een kauwstokje geven zodat′ie weer even bezig is.
   
• Ook al vind jij het niet zo erg, honden mogen nooit bedelen in een restaurant. Je mag ze ook nooit iets van je bord geven. Hou er rekening mee dat de meeste vervelende situaties ontstaan doordat andere gasten gaan klagen. Laat je hond dus liever niet gaan ′buurten′ bij de andere tafeltjes naast je. Niet iedereen is ervan gediend. En er zijn toch nog heel veel mensen die bang zijn van honden. Die zitten toch al niet meer op hun gemak als jij binnenkomt.
   
• Het beste is om je hond thuis al restaurant-klaar te maken door geregeld even met ′em te oefenen in rustig blijven liggen. Dat is voor je hond fijn, maar ook voor jullie. Zo kun je tenminste zelf ook van je uitje genieten zonder dat je constant op je hond moet letten. Bovendien zullen goede ervaringen restaurant eigenaren niet zo snel aanleiding geven om honden te weren. En daar hebben we dan allemaal weer plezier van...

Je hond moet nu gechipped zijn en een Europees paspoort hebben. Een tatoeage is vanaf nu alleen nog maar iets voor het baasje.
Het is vanaf 2013 verplicht om de gegevens van de eigenaar te vermelden op de chip. Maar het blijft altijd handig om je hond in het buitenland van een identificatieplaatje of kokertje te voorzien met het vakantieadres en eventueel je mobiele nummer. Of bestel een hip naamplaatje dat we gratis voor je graveren en toesturen.
Neem ook een foto van je hond mee. Als-ie dan eens alleen op pad gaat en je moet hem zoeken, gaat dat met een duidelijke foto een stuk makkelijker. Als je hond een echte avonturier is, doe hem dan een fluorescerende halsband om. Dan valt ′ie lekker op en is het voor iedereen duidelijk dat het geen zwerfhond is.